Heel begrijpelijk was het dat moeder steeds op zoek was naar aandacht. Want alleen is maar alleen. Ze had inmiddels begrepen dat ze niet elke dag zoonlief kon oproepen voor klusjes in huis. En de vrieskist is nooit meer onderwerp van gesprek geworden.
Ik vond dat ze wel wat hulp kon gebruiken bij het schoonhouden van het huis. Alleen als je daar binnen komt, kan je ervaren in wat voor omstandigheden deze mensen moesten wonen en leven.
Alle hulpverlening werd er steeds uitgeknikkerd. Waar ze heel goed in waren geworden in de loop der jaren was het geven van een sociaal gewenste antwoorden. Dus als je moeder vroeg wat heb je gedaan vandaag, dan somde ze netjes op gepoetst, gedweild, gestoft en ga zo maar door.
Hierdoor konden ze vele mensen om de tuin leiden. Maar als je wat vaker binnen kwam dan had je al snel door dat dat niet het geval was. Ik weet nog de eerste keer dat we binnen kwamen om kennis te maken met zoonlief. We mochten op de bank zitten en ze vroegen ons of we koffie lusten. Beleefd gaven we aan dat we wel koffie lusten. Maar toen ze de gebruikte kopjes die op de tafel stonden pakten en daar koffie in gingen serveren, heb ik even moeten slikken. Toen ik een slokje nam, was het ook nog lauwe, koude koffie en moest ik m'n best doen om niet te kokhalzen.
Maar hier raak je de kern van hun problemen. Iedereen behandelden hen als een aso gezin. Maar feitelijk wisten ze niet beter. Ze hebben waarschijnlijk nooit het goede voorbeeld gehad.
Deze mensen hadden echt hulp nodig. Maar niet zoals het in het verleden was gebeurd.
Ik maakte met haar een afspraak om een lijstje te maken en elke dag zou ik even komen controleren of ze werkelijk haar werkzaamheden had gedaan. Dit was de eerste keer dat ze aangaf dat ze niet kon lezen en dus een lijstje niet ging werken. Gelukkig hebben we pictogrammen en hadden we samen een pictolijst gemaakt.
Ze ging heel rap aan de gang. Het begin was gemaakt en ze had een eigen dagbesteding gekregen. Daar waar het voor ons normaal is dat je je huis op orde houdt, hebben deze mensen hulp nodig. Daar gaat het niet vanzelf. Elke dag als ik kwam, stond ze me vrolijk op te wachten bij de voordeur. Niet omdat het half twaalf was, want dan zou ik komen. Maar ze ging er staan als ze dacht dat ik er misschien wel aan zou komen. Want klok kijken kan ze niet. Dus stond ze daar soms tijden op me te wachten. Ze liet me dan zien wat ze had gedaan en glom van oor tot oor. Ze was er trots op.
Toch was heel zichtbaar dat dit geen stand zou houden. Haar "schoon" is iets heel anders als de mijne. Zij deed alles met één klein emmertje sop. Aan het begin merk je niets, maar verderop veeg je het vuil van de ene kant naar de andere.
Dit was een dagtaak. Dit is geen vrijwilligerswerk. Toch ontstaat dit omdat de gemeenschap ze verkeerd beoordelen. Het is toch vreemd dat het nooit bij de gemeenschap en hulpverleners is opgekomen om haar te laten testen. Ze werd gewoon behandeld als ma Flodder, Die geen zin had en vooral als zorgweigeraar werd gezien.Terwijl eigenlijk haar ouders vroeger er al voor hadden moeten zorgen dat ze een veilig plekje kreeg. Een plekje in een zorginstelling. Dan had haar leven er heel anders uitgezien.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten