woensdag 3 mei 2017

GEVULDE KOEKEN

Ze had een klein keukentje in de unit waar ze woonde. Meestal als we kwamen stond er een afwas. Om schone kopjes te hebben, voor de koffie, gingen we eerst afwassen. Een klein keukenblokje met
drie hangende keukenkastjes, waarvan er twee op slot zaten. Eén voor de medicatie en bij behorende middelen en één waar het snoep, chips en aanverwante artikelen in zaten.

Zelf had ze een koekjes trommel waar meestal een paar kleine koekjes inzaten voor bij de koffie.
Deze keer had haar begeleiding koeken gekocht met haar, bij de plaatselijke bakker. Verpakt in een papieren zak, lagen ze bij het koffiezetapparaat met een briefje erop, dat deze bedoeld waren voor het bezoek en dat wij haar er niet een mochten geven.

Leuk is dat, komt er bezoek. Worden er lekkere koeken gehaald en mag je er zelf niet een nemen. Daarom liep ze ook steeds te mopperen. Dat is niet te snappen en niet eerlijk. Ik gaf haar hierin wel gelijk. De reden waarom niet, was mij ook onbekend.

Maar we begonnen eerst met de afwas. Terwijl wij dat deden, pakte ze haar koekjestrommel. Ze haalde de kleine koekjes eruit. Pakte de zak met gevulde koeken en legde die op de bodem van het blik. Het waren er drie, telde ik, precies genoeg voor het bezoek.
Boven op deze koeken legde ze de kleine koekjes. Vervolgens deed ze de deksel op de trommel.

Na de afwas had ik koffie gezet en gingen we gezellig kaarten. Want daar kwamen we voor. Tijdens het spel schonk ik voor iedereen koffie in en ging weer zitten.

De koekjestrommel werd gepakt en ze haalde de deksel eraf. Netjes hield ze de trommel voor ons en zei dat we een koekje mochten pakken. Toen een van de bezoekers de kleine koekjes aan de kan wilde schuiven om een lekkere gevulde koek te kunnen pakken zei ze: "Nee, dat doen we niet, we beginnen eerst met de kleintjes."  Dus we pakten allemaal een klein koekje. De deksel ging er weer op en we gingen verder met kaarten.

Rond negen uur komt er een begeleider langs om de medicatie te geven. Hij vroeg of we al een koek hadden gehad. Waarop we braaf ja knikten. Nadat hij weer weg was kwam de verpakking van de bakker weer tevoorschijn. Ze opende het blik en deed de drie gevulde koeken weer in de zak.
Ze stond op en verstopte de zak achter haar kast. "Zo" zei ze "Dan heb ik nog wat lekkers voor als jullie straks weg zijn.".....................

Geen opmerkingen:

Een reactie posten