woensdag 10 februari 2016

ZIEKENHUISOPNAME ONDERZOEK EPILEPSIE DEEL 3

Ik kijk naar de tijd en besef dat deze nacht, in tegenstelling met de vorige waar twee wc gangen in waren, rustig is verlopen. Omdat hij nu die draadjes aan zijn hoofd heeft en een enorme angst heeft dat die los gaan zitten, had hij besloten om maar niet uit bed te komen. Ondanks dat er regelmatig tegen hem wordt gezegd dat hij niets fout kan doen, is hij toch bang om de schuld te krijgen.

De hele nacht heeft hij in één houding gelegen, op zijn rug. Hij heeft niet bewogen en rond drie uur ben ik gaan kijken of hij nog wel adem haalde. Dit deed me denken aan toen hij net bij ons woonde. Ik ben toen regelmatig gaan kijken of er nog leven in de brouwerij zat. Ik heb nog nooit iemand meegemaakt, zoals hij, die zo stil kan zijn in de nacht. Dat compenseert hij dan weer overdag, hoor, want dan zit er geen uitknop aan.

Het is half acht en hij wil naar de wc. Dit gaat dus nu gecompliceerder. Want er moet een kastje mee waar al die draden aan zitten, en daar mag niets mee gebeuren. Maar we komen er samen wel. Als hij op de wc zit, komt de assistent even langs. Hij wil de dopjes even nakijken en opnieuw met vloeistof vullen. Als we weer op het bed zitten, begint hij aan het vullen.

"Ja we hebben wel een probleem, want ik heb nog steeds geen aanval gehad" zegt hij. "Nou"geeft de assistent aan "Daar hebben we wel oplossingen voor " Natuurlijk wil hij weten wat die oplossingen zijn. " De dokter zal wel beslissen dat je een nacht wakker moet blijven, dan komt er wel een aanval" geeft de assistent aan. Hij schiet in de lach "Dat gaat echt niet werken bij mij hoor, dat kun je vergeten." Ik  beaam dat. Want hij heeft al wat nachten op gezeten en daar kreeg hij geen aanvallen van. "Oké" zegt de assistent "dat zal ik doorgeven, want dat heeft dan geen zin. Dan zal hij wel een pilletje eraf gaan doen."
"Weet je wat ik zou doen?"geeft hij triomfantelijk aan "Ik zou gewoon die roze pillen halveren. Gewoon tjakka door de helft. Dat gaat wel werken, dat voel ik gewoon." "Ik zal het overleggen met de dokter en dan kom ik straks terug met de pillen" zegt de assistent.

Tegen de tijd dat hij terug komt is Nico gearriveerd en begint de boterham te smeren voor het ontbijt.
"Ja" zegt de assistent "We hebben een probleempje met de medicatie." Nou irriteert het me al vanaf het begin hoe slecht de medicatie is geregeld. Maar wat er nu komt, slaat alles. Ik had heel duidelijk aangegeven bij het doornemen van de lijst dat we een placebo hebben in de ochtend tegen maagklachten. Dit werkt perfect, niet alleen bij hem, maar we hebben nog een zorgvrager die niet zonder dat pilletje kan. Ik heb zondag avond nog duidelijk gevraagd of ze wel wist wat een placebo was. Kennelijk wou ze niet dom overkomen, maar nu werd duidelijk dat ze er niets van begrepen had.
De assistent zegt namelijk " er schijnt iets te zijn met een placebo en een vitamine c tablet.' Ik pak hem bij de arm en trek hem de gang op. Ik geef aan dat we dergelijk gesprekken niet voeren waar hij bij zit. Want ze zijn misschien verstandelijk beperkt , maar niet super dom. Hij biedt zijn excuses aan en ik hoop maar dat dit snel wordt vergeten door hem en dat hij hierover niet gaat nadenken.

Als ik terug komt merkt ik dat er overheen is gesproken en hebben we het er niet meer over.
Ik ga weg met de belofte om een brood mee te brengen. Want hij weigert om maar iets van het eten van het ziekenhuis te proeven. Dus zijn we aangewezen op ons eigen speciaal bestelde vezelrijkbrood. Wat ik bij terugkomst stomweg ben vergeten. Maar we hebben nog een kans, want Nico kan het meebrengen als hij voor het ontbijt komt.

Na een langdurige toiletgang en een nog langer durende fruithap wil hij nog perse zijn tanden super goed poetsen en gorgelen met het frisse blauwe mondwater. Terwijl hij met de tandenborstel in de hand staat kijkt hij mij serieus aan en zegt "Ik heb nog eens even nagedacht, maar als ik mocht kiezen, dan zou ik toch gaan voor een niet werkende schildklier en astma." Ik antwoord dat we helaas hierin geen keuze hebben en dat we allemaal het moeten doen met wat ons is gegeven.
Het is bijna twaalf uur en ik verzoek hem dat we nu niet meer gaan praten. Hij gaat weer in dezelfde houding liggen, beweegt niet meer en af en toe kijk ik of de dekens nog omhoog gaan zodat ik weet dat hij adem haalt.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten